2 juli 2023
tekst: Ronald Camstra; foto boven: Hans van Oosterhoudt; foto’s onder: Ronald Camstra
Geamuseerd keek de schrijver over de hoofden, rij na rij, met inderdaad vooral grijze haartinten. “Zijn er in Zeist überhaupt mensen met een baan?”, vroeg hij plagerig. Het tekende de sfeer: ontspannen en met de nodige kwinkslagen.
Stampvol zat de Oosterkerk, die zaterdagavond in juni dat Ilja Leonard Pfeijffer in Zeist langskwam. Het is lastig tellen maar ik schat dat er zeker zo’n 300 mensen op af waren gekomen. Jantsje de Boer van Literair Zeist klonk in haar welkomstwoord zowel trots als verrast: “Zoveel mensen hebben we nog niet eerder op een schrijversavond bijeen gehad”. De samenwerking tussen boekhandel Kramer & van Doorn en Literair Zeist haalt vaker schrijvers naar Zeist, maar nog niet eerder zo’n grote als Pfeijffer. Er was al uitgeweken van de boekhandel naar het Torenlaan Theater, maar toen de kaartverkoop hard liep moest er opnieuw worden uitgeweken naar de grotere Oosterkerk.
Ik zat samen met Marcel een beetje achterin. Ik was zelf nog niet eerder naar een schrijversavond geweest, maar was wel benieuwd naar hoe Pfeijffer in het echt zou zijn. Zijn Grand Hotel Europa vond ik prachtig, maar in interviews lijkt de schrijver soms wat ijdel of afstandelijk over te komen. Daar was in de Oosterkerk echter niets van te merken (ijdel misschien wel in het vasthouden aan een driedelige pak met stropdas terwijl de temperatuur die dag boven de 30 graden was gestegen). De schrijver was goedgehumeurd, maakte grapjes, toonde ook zelfspot, bijvoorbeeld over zijn ‘goddelijke lijf’ toen hij vertelde over een fietstocht van Leiden naar Rome. De fietstocht was een spontaan idee, met alleen een in allerijl gekochte fiets en een wegenkaart van Frankrijk (“maar daar heb je tussen Leiden en Tilburg weinig aan”), maar zorgde voor het inzicht dat je in het leven niet te veel moet plannen, dat een fietstocht naar Rome ook helemaal geen uitzonderlijke prestatie is maar neerkomt op “gewoon elke dag een stukje naar het zuiden fietsen”, en na 41 dagen arriveerde hij in Rome.
Toen we hem daarna vroegen hoe je zonder veel planning een boek van meer dan 700 pagina’s schrijft, was dat een inkopper: “inderdaad precies zoals die fietstocht, gewoon elke dag een paar pagina’s schrijven”. Want dat was de formule van de avond: hij hield geen inleiding maar reageerde op vragen, eerst van Sandra van Doorn van boekhandel Kramer & van Doorn, daarna op vragen uit de zaal. Voor elk antwoord nam hij ruim de tijd en vertelde breedsprakig. Nadat Sandra eerst enkele vragen had gesteld over zijn jeugd (“Op moeten groeien in Rijswijk is zó vreselijk dat je al op jonge leeftijd leert weg te dromen in je fantasie”), kwam het gesprek op zijn nieuwe boek ‘Alkibiades’.
Alkibiades was een Grieks staatshoofd uit Athene in een tijd dat daar de democratie steeds meer onder druk kwam te staan. Een mooie en slimme man, maar ergens ook tragisch, omdat hij op cruciale momenten pech had. “Tragische karakters zijn veel interessanter dan platte helden”, omschrijft Pfeijffer zijn fascinatie. Hij schetst drie vormen van staatsinrichting die mogelijk zijn: autocratie (één leider), aristocratie (een groepje leiders) en democratie, en dat elke vorm ook een pendant heeft, een doorgeschoten tegenhanger: dictatuur tegenover autocratie, oligarchie tegenover aristocratie, en wat hij noemt “de dictatuur van de massa” tegenover democratie. Dat laatste was aan de hand in het Athene van Alkibiades: de politici waren zo bang voor de publieke opinie dat ze niet verder durfden te kijken dan tot de volgende verkiezingen, en geen langetermijninvesteringen of impopulaire maatregelen durfde te nemen.
Uiteindelijk ging de democratie in Athene daaraan ten onder. Pfeijffer trok vervolgens interessante parallellen met de huidige tijd, waarin vier kabinetten-Rutte de problemen in het land vooral voor zich uitschuiven en niet oplossen, omdat oplossingen impopulaire maatregelen vragen en de politici toch al angstig rondlopen vanwege de grillige verkiezingsuitslagen, waarbij populistische nieuwkomers vanuit het niets in korte tijd heel groot kunnen worden. “Juist om die redenen móest ik nu dit boek schrijven”, sloot Pfeijffer de avond af.
Tevreden spraken we de avond na, mede-Zeistermagazine-columnisten Marcel en Arend en ik. “Nobelprijswaardig”, vonden we zonder meer. Op een terrasje langs de nog steeds niet autovrije Slotlaan vroegen we ons af of ook Zeist misschien te lijden heeft onder de dictatuur van de massa.
Ronald schreef eerder: Ik word graag cadeau gedaan |
Meer over Ilja Leonard Pfeijffer: Ilja Leonard Pfeijffer komt naar Zeist |
Volgende bericht: Schumann Quartett viert vitaal feest rond 100 jaar omroep |
Leuk
Leuk, informatief, moet je vaker doen!