Kees had kaarten voor het Zeister festival ‘Jazz on the Sofa’. “Het bleek een van de best bewaarde geheimen van Zeist. Er ontstond een bijzondere verbondenheid onder het publiek: als je met elkaar gezongen hebt, krijg je nooit ruzie”.
20 oktober 2024
tekst en eerste drie foto’s: Kees Klokman; foto onder: Mel Boas
Het was een prachtige herfstdag, die eerste zondag in oktober. Die avond zou mijn favoriete jazztrompettist, Eric Vloeimans, optreden in het Beauforthuis. Helaas waren de kaarten allang uitverkocht. Gelukkig had ik wel kaarten voor het Zeister festival ‘Jazz on the Sofa’, een jaarlijks evenement waarvan dit de achtste editie was. Tot mijn verbazing had ik er nog nooit van gehoord. Het bleek een van de best bewaarde geheimen van Zeist.
Het festival bood 3x5 optredens op vijf verschillende locaties, allemaal op loopafstand van elkaar. Als bezoeker kon je drie optredens kiezen, elk van een half uur met een half uur pauze ertussen. Een ijzersterk concept, maar daardoor moest je ook keuzes maken en kon je niet alle artiesten in actie zien. Mijn vrouw en ik begonnen met het gelegenheidstrio van Mark Lotz, de creatief directeur van het festival. Hij opende met een charmante introductie en vertelde over het festival en zijn Turkse collega-muzikanten, Sibel Köse en Kamil Erdem.
Mark Lotz meets Sibel Köse & Kamil Erdem
Locatie: Van Tellingen Interieurs, Waterige Weg
We waren ruim op tijd en namen met een kopje koffie of thee plaats op een comfortabele sofa (of bank?), omringd door zo’n dertig andere bezoekers. Het voelde alsof we in een gezellige huiskamer zaten. Kamil Erdem, van oorsprong bassist, speelde deze avond akoestische gitaar. Slim, dat scheelt vast een hoop gesjouw, dacht ik nog. Zijn eerste akkoorden klonken als een bossanova en plots bevonden we ons in Brazilië, met de klanken van Latin jazz. Ze speelden nummers van onder andere Antonio Carlos Jobim en Hermeto Pascoal (Ovo / het eitje), en Sibel Köse, een grande dame in de muziek, die in Turkije bekendstaat als de 'First Lady of Jazz', wist ons met haar fijne stem te verlokken om mee te zingen. Eerst wat onwennig, maar al snel deden we allemaal mee. Het zorgde voor een bijzondere verbondenheid onder het publiek: als je met elkaar gezongen hebt, krijg je nooit ruzie. Als enthousiast publiek konden we de muzikanten maar met moeite loslaten, zodat we ons moesten haasten naar het volgende optreden.
Samen met een jong gezin uit Amstelveen staken we de Utrechtseweg over naar de volgende locatie. Wat een bijzondere plek was dat, daar kom je anders nooit: het Icon Health Care Office, ook een sponsor. We werden gastvrij ontvangen door de directeur met een kort welkomstwoord en een glaasje wijn. De zaal, een soort amfitheater met een verlaagd podium en zitplaatsen eromheen, was perfect voor een intieme jazzsfeer.
Tineke Postma & Marius Beets
Locatie: Icon Health Care Office
Mijn aanvankelijke twijfels over experimentele jazz – dat was wat ik eerder had gehoord van Tineke Postma op Spotify en YouTube – werden snel weggenomen. Marius Beets, een fantastische bassist die net als ik in Zeist woont, bleek ook een humoristische en deskundige inleider. Dit was zijn vierde keer op het festival en hij had Tineke Postma, een Edison-winnaar, als zijn muzikale partner gekozen. Zij speelt saxofoon.
Ze begonnen met een klassieker uit het American Songbook, wat vertrouwd aanvoelde. Even later kondigde Marius Beets toch een experiment aan: hij wisselde zijn contrabas in voor een akoestische basgitaar en speelde een prachtige solopartij, ik meen een stuk van Thelonious Monk. Vervolgens speelden ze samen een razendsnel nummer van Kenny Barron, waarin Tineke Postma alle registers opentrok en beide muzikanten hun virtuositeit lieten zien, fantastisch. Tot slot speelden ze nog een rustige blues van Charlie Parker, waardoor we weer met beide voeten op de grond stonden en naar het laatste concert wandelden.
Voor het slotoptreden had ik bewust gekozen voor de zolder van Slot Zeist, zodat we daarna nog even konden nagenieten in de Oranjerie. De ruimte was gevuld met rechte stoelen – geen sofa’s meer te bekennen – en er waren veel meer mensen dan bij de vorige concerten. We raakten nog even aan de praat met onze buren, een stel uit Alkmaar dat nu tevreden in Soest woonde. Ze kwamen speciaal voor het festival naar Zeist.
Teus Nobel & Sara van den Brink-Nielsen
Locatie: Bovenzaal Slot Zeist, Zinzendorflaan
Het werd een bijzonder optreden: Teus Nobel, ook al Edisonwinnaar, speelde trompet en bugel, en Sara van den Brink-Nielsen, een jonge harpiste die net was afgestudeerd, speelde harp, een spannende combinatie. Ze begonnen met een eigen compositie van Sara, ‘Beyond Perspective’, waarin Teus met zijn bugel de melodieuze lijnen uitzette. De harp bleek gekoppeld aan een digitale versterker, wat allerlei effecten mogelijk maakte. Aanvankelijk nog wat schuchter, maar bij het nummer ‘Infant Eyes’ van Wayne Shorter veranderde de harp soms in een elektrische gitaar met 47 snaren. De energie spatte uit de harp. Het optreden leverde het duo een staande ovatie op, een prachtige afsluiting van ons festival!
Napratend in de Oranjerie waren mijn vrouw en ik het snel eens: een concertgebouw hebben we in Zeist niet nodig. Wat is het leuk om zulke goede artiesten in je eigen omgeving te kunnen zien. Jammer dat we dit festival niet eerder hebben ontdekt. We hadden vorig jaar bijvoorbeeld Eric Vloeimans hier kunnen zien optreden. Vanaf nu zijn wij fan – maar vertel het vooral niet verder, want we houden het graag intiem.
|
|
|