1 september 2015
tekst: Bert van der Meij, foto: Jolanda Eefting
Op 4 mei gedenken wij oorlogsslachtoffers. Na een stille tocht is er een dodenherdenking in het Walkartpark. Het woord wordt gevoerd door Martin Slootweg, burgemeester Koos Janssen en de oorlogsveteraan Bert van der Meij. Leerlingen van de Zeister Vrije school en de Comenius school lezen gedichten voor. Er worden kransen gelegd voor de gevallenen bij de monumenten. Hier volgt het verhaal van Bert van der Meij. Met dank aan het 4 en 5 mei comité Zeist.
Ik ben Bert van der Meij. Voor mij is de oorlog nooit overgegaan. Ja, de gevechtshandelingen stopten toen ik uit Nederlands-Indië kwam in 1949. Maar in mijn herinneringen, en in mijn dromen, komt de oorlog altijd weer terug. En ik kan u zeggen dat dat verschrikkelijk is.
Ik ben geboren op 1-1-1924. Ik was 16 jaar toen de Tweede Wereldoorlog begon. Voor mij met de bombardementen op het nog niet eens voltooide vliegveld van Valkenburg. Begin 1942 moest ik een keuze maken. Mijn vader, NSB-er, stelde voor dat ik naar het Oostfront zou gaan, om aan de kant van de Duitsers te vechten tegen de Russen. Ik koos ervoor om niet te gaan, maar onderduiken kon nog nergens. Op weg naar Den Helder, waar mijn broer woonde, werd ik uit de trein geplukt en op transport naar Duitsland gesteld als dwangarbeider. Ik belandde in Hamburg, waar ik uit een kelder kon ontvluchten. Ik vluchtte verder, werd gepakt en moest werken in de oorlogsindustrie. Weer vluchtte ik verder, kwam bij een tuinderij waar ik tijdelijk kon blijven in Mecklenburg. In Rostock heb de bombardementen meegemaakt en ben gevlucht, richting het Oosten. In Rusland werd ik weer opgepakt, weer gevangen gezet toen ik probeerde de Amerikanen te bereiken. Uiteindelijk kwam ik terug naar Nederland, waar ik door de Binnenlandse Strijdmachten gevangen werd gezet om gescreend te worden omdat mijn vader fout was geweest…..
Als ik het zo vertel, lijkt het een samenhangend verhaal. Maar dat is het niet. In mijn hoofd spoken de vele doden, de gewonden, de vernietigde steden. De kerk, die doelwit was van de geallieerde bombardementen omdat ze dachten dat er een Duits hoofdkwartier was gevestigd, maar er bleken Nederlandse krijgsgevangen te verblijven. De moeders met kinderen, die op hun eindeloze vlucht buiten in de vrieskou sliepen.
U kent allemaal wel de verhalen, maar ik heb het daadwerkelijk meegemaakt en alle gruwelijkheden gezien. En zie ze steeds weer…..Mijn geheugen is prima, maar dat is naast een zegen ook een vloek.
Na de oorlog vroeg een adjudant van de luchtmacht me wat ik zou gaan doen. Ik wist het werkelijk niet. Zo ben ik in Nederlands-Indië beland, waar dezelfde gruwelijkheden, maar in ander verband plaats vonden. Pas in 1949 kwam ik terug in Nederland.
In de oorlog werd ik steeds gevangen gezet. Na de oorlog was ik gevangene van de oorlog geworden.
Sinds mij gevraagd is hier op deze plaats enige van mijn ervaringen te vertellen zit ik ’s nachts weer in mijn woonkamer, omdat in mijn dromen weer alle herinneringen uit die tijd boven komen. Toch wil ik u wat meegeven.
Ik wil u meegeven hoe ik nu, als bijna 92-jarige man, als oorlogsveteraan, over oorlogen denk: Ik weet nu dat oorlog gevoerd wordt door mensen, door volkeren, landen. De enige manier om dat te laten ophouden is als mensen mensen respecteren. Ook dat heb ik in de oorlog meegemaakt, ik kwam vijanden tegen, maar ook mensen die andere mensen, zoals ikzelf, probeerden te helpen. Vaak met gevaar voor hun eigen leven…..En ik vertel u dit alles in de hoop dat onze kinderen, klein-en achterkinderen nooit met oorlog geconfronteerd worden. En dat wij ze leren hoe dat mogelijk zou kunnen worden. Dat het begrip respect- voor- elkaar een nieuwe invulling krijgt voor ons allemaal.