6 februari 2022
tekst en foto: René Scheffer
Donderdagavond rond 19.00 uur loop ik zoals wel vaker in het donker en met een boodschappentas naar winkelcentrum De Clomp. Door mijn deeltijdbaan als surveillant in het onderwijs heb ik daarvoor overdag niet altijd meer tijd.
Bij de ingang van sporthal De Koppeling kijk ik schichtig naar rechts. Tot anderhalf jaar geleden kwam ik hier soms drie keer in de week. Dochter speelde bij Cito meisjes C en B. Nu niet meer. Ik kende er wat volleybalouders, in het algemeen prettige mensen, er was zelfs ooit een ouderfeestje. Enkele weken was ik invalcoach, ook leuk. Maar nu is er niets meer dat een gang naar de sporthal rechtvaardigt. Me daar ophouden zou slechts tot meelijwekkende blikken kunnen leiden. Dat wil ik niet.
Op de terugweg kijk ik naar links. Zou er een bijeenkomst in de grote zaal van De Koppeling zijn? In mijn ambtenarentijd waren die er regelmatig. Daar stond ik met pak aan een presentatie te geven over veiligheid of was er iets met het wijkteam West. Misschien is er nu wel een inspraakbijeenkomst met mensen uit Zeist West, over duurzaamheid, drempels, speelvoorzieningen. Misschien zijn er gemeenteambtenaren die ik ken en even kan aanklampen. Nee, niets van dat al. En zou er wel een bijeenkomst zijn, wat moeten ze dan met mij?
De lamellen zijn voor 80 procent gesloten. Ik kijk er onderdoor. Ik zie ouderen aan tafels. Mensen van de Grote Koppel? Neen er zitten toch ook wat iets jongere mensen. Het lijkt een klaverjas- of bridgeavond. Niet te dichtbij de foto maken, dat is raar.
De laatste 300 meter naar huis richting Brugakker komt het allemaal binnen. Wie ben ik, waar sta ik? Moet ik nu “gepensioneerdendingen” doen en me aansluiten bij de Algemene Seniorenvereniging Zeist of bij een bridgeclub? Nee, te vroeg. Het zelfde gevoel als ruim 40 jaar geleden doemt op. Toen was ik als 22-jarige net uit militaire dienst, opleiding afgerond, een baan in Zeist en een huurhuis zoekend. Wat dwarrelig had ik afscheid genomen van mijn sociale omgeving in Renkum, de korfbalclub, de militairen in Tongeren.
Een tussenfase was dat toen. Nu weer, maar dan ruim 40 jaar later. De actuele verder niet onprettig aanvoelende tussenfase kan me niet lang genoeg duren. Maar je weet het pas als je er niet meer inzit.
René schreef eerder: Het kantoorjasje |
Meer over pensioen: Wereldwijf |
Volgende column: De schaamte voorbij gewandeld |
Pensioen
Zo voelen velen van ons dit aan. Hartelijk dank.