Overslaan en naar de inhoud gaan

In de kantine van de Remia

31 oktober 2018

1 november 2018
tekst: Ronald Camstra, Dick van Ginkel en Gerard van Vliet, foto: Ronald Camstra

Hardwerkend Nederland heeft het zwaar. Je leest het van alle kanten: de mannen en vrouwen die de Nederlandse economie draaiend houden, die elke dag hun steentje bijdragen, hebben het moeilijk. De buschauffeur krijgt onvoldoende tijd om tussen de ritten door even te plassen, de postbode verliest een vaste volledige baan en de pakkettenbezorger moet noodgedwongen ZZP-er worden, de politieman, verpleegster en onderwijzer verdienen te veel voor een huurwoning en te weinig voor een koopwoning. Banken worden door de overheid gered als ze in zwaar weer komen, maar twee ziekenhuizen lieten we onlangs gewoon maar failliet gaan. Patiënten, sommige boven de 90, moesten in allerijl naar andere ziekenhuizen worden verplaatst. En het personeel betaalt de rekening…

Hoe is het in Zeist met hardwerkend Nederland? Vanwege de “Maaltijd van Zeist” deden wij (drie gemeenteraadsleden van verschillende partijen) een ‘kantinetour’. Zo belandden we op een vrijdagmiddag in de kantine van de Remia in Den Dolder. Of eigenlijk is het Remia, zonder ‘de’, maar in het dorp zegt iedereen “de Remia”. Eén van de oudste en grootste bedrijven in de gemeente Zeist, meer dan 100 jaar oud, met 400 personeelsleden.

In de kantine blijkt er een behoorlijke scheiding te zijn tussen witte en blauwe boorden, al gaan juist de blauwe boorden volledig in het wit: een witte werkoverall en een verplicht wit haarnetje, dat ook tijdens de lunch opblijft. De productieploeg luncht al om half twaalf, maar ze zijn dan ook om zeven uur begonnen. Er wordt in drie ploegen gedraaid: van 7 tot 15 uur, van 15 tot 23 uur en van 23 tot 7 uur, wisselend per week. Dat lijkt zwaar en dat wordt ook bevestigd, maar de meeste medewerkers doen er tegelijk vrij luchtig over.

Om half één komt de kantoorploeg. ICT’ers, personeelszaken, marketing. Zij mogen zonder haarnetje werken. Er is veel lof voor het bedrijf: er is ruimte voor eigen initiatief en de directie is redelijk benaderbaar. Men denkt dat het ligt aan het feit dat Remia een echt familiebedrijf is, en geen onderdeel van een grote multinational als Unilever.

We praten over verkeer en mobiliteit. Ze kunnen voor de file uitrijden en komen vaak ook van heinde en ver: IJsselstein, Culemborg, Almere, Zwolle, de Betuwe, Brabant zelfs. En warempel toch ook nog een paar mensen uit Den Dolder zelf.  Een van de weinigen die met de fiets komt is een Pool, die bij een vriend in Zeist-West inwoont. Hij prijst uitvoerig de Zeister fietspaden, dat hebben ze in Polen minder goed voor elkaar. Een enkeling komt met de trein, vanuit Amersfoort of Utrecht, maar dat is toch vooral kantoorpersoneel. De treintijden sluiten niet aan op de ochtend- en nachtdienst.  “O zit jij in de gemeenteraad? Jullie moeten misschien eens kijken naar die overgang bij het stationnetje, dat is niet veilig hoor!”. We zwijgen maar even gegeneerd.

Remia blijkt ook een vaste werkgever te zijn voor de medewerkers van de BIGA groep. Gemiddeld heeft Remia zo'n twintig BIGA medewerkers aan het werk; een van de mensen die we spreken zelfs al bijna twintig jaar. Die komen vaker dan andere medewerkers uit de directe omgeving en doen dat met de fiets. Dat is goed te doen maar ze hebben het wel ook over de hiervoor al genoemde spoorovergang.

De gesprekken aan tafel zijn gemoedelijk, er worden dolletjes gemaakt. “Je zegt wel dat je van de gemeente komt, maar misschien kom je wel van de concurrent? Nee zonder dollen: wat goed dat jullie er zijn! Bij de opening van de nieuwe fabriek was burgemeester Koos Janssen er ook, heb hem nog de hand gedrukt, was gaaf!” Op tafel staan de flessen frietsaus van eigen makelij en heel gezond is het meeste lunchaanbod niet, maar wie hard werkt moet misschien ook stevig eten?

De meeste mensen spreken positief over het bedrijf, er wordt fatsoenlijk betaald, inclusief een winstuitkering, en het bedrijf bezuinigt niet op zaken als veiligheid. Remia staat bekend als sociaal bedrijf dat van oudsher ook mensen met een achterstand tot de arbeidsmarkt kansen biedt. Het aantal plaatsingen vanuit de BIGA loopt de laatste jaren alleen wel terug vanwege de voortgaande automatisering en steeds geavanceerder machines.

Wel moet er hard gewerkt worden, heel hard. Door de mooie zomer was er een grotere vraag naar BBQ-sausen en er werd maandenlang op zaterdag doorgewerkt om heel Nederland van de juiste fles te voorzien….
 

Bijdrage
Column

Reactie toevoegen

Plain text

  • Geen HTML toegestaan.
  • Web- en e-mailadressen worden automatisch naar links omgezet.
  • Regels en alinea's worden automatisch gesplitst.