Skip to main content

Dagboek van een muurbloem – deel 2

Fri, 03/27/2020 - 09:51

27 maart 2020
tekst en foto: Niels Roelen

Om een bevriende bloemist te helpen in deze tijd, bezorg ik bloemen in Zeist.

 

Vrijdag 20 maart 2020

Ik hou van ze.

De mensen los van de menigte die niemand verwachtten. Pappenheimers die -vanwege: ‘geen zin om naar de deur te komen’- vanuit het slaapkamerraam op je neerkijken.

Volk, met doorleefde, asgrauwe hoofden, dat om tien, elf uur ‘s morgens nog geen reden gevonden heeft om zich vandaag aan te kleden.

De lieden die hun best doen om niet van jou te houden.

Enkelingen die geen minister president nodig hebben om de term social distancing voor ze uit te spellen.

Van die types die, in alle talen zwijgend, oorverdovend hard schreeuwen wat je in godsnaam voor hun deur doet. Figuren die overwegen de politie te bellen, maar liever geen energie verspillen.

Van die mensen, die lui, hou ik het meest.

Stadskluizenaars die de wereld lang geleden de rug toegekeerd hebben. Geveinsde misantropen die voor mij (per ongeluk) hun masker heel even laten vallen als ze zich afvragen wie zij vergeten hebben die toch aan hen denkt.

 

Zaterdag 21 maart 2020

Nijenheim is, net als Crosestein of Brugakker, zo’n wijk die ontworpen is door een architect met dyscalculie. Een buurt waarin je, eenmaal voor de juiste deur aangekomen, blij bent als er iemand thuis is.

Op het adres waar ik nu moet zijn, zit een keurige oudere man op de bank achter het raam. Als ik aanbel, laat hij zijn zaterdagkrant zakken en maakt aanstalten om op te staan. Omdat hij me niet kent, twijfelt hij, schudt dan ‘nee’ en leest verder.

‘Ik heb bloemen voor U’, omdat hij me mogelijk niet hoort, hou ik een grote bos met gemengde witte bloemen omhoog. Terwijl hij me met zijn hand weg wuift, lees ik het kaartje.

Lieve (o)pa en (o)ma

Nu we even niet op visite kunnen komen, willen toch even iets doen om jullie op te fleuren. Hopelijk is dit alles snel achter de rug

Liefs …

‘Het is van uw kleinkinderen…’ dring ik nog een keer aan.

Demonstratief trekt de man zijn krant strak en laat zijn hoofd erin verdwijnen. -Aan de deur wordt niet gekocht.-

Een reactie waar ik even niet op gerekend had.

 

Dinsdag 24 maart 2020

‘Is dat voor mij?’ met de ogen van een kind dat voor het eerst getuige is van een eenvoudige goocheltruc, kijkt de man naar het boeket dat ik hem breng. ‘Wat alleraardigst van u.’

‘U hoeft mij nergens voor te bedanken hoor.’ Hoewel ik op zich geen enkel bezwaar heb tegen het imago van weldoener, lijkt het me wel zo eerlijk om de man te vertellen dat ik slechts de bezorger ben.

‘Maar van wie is het dan?’

‘Geen idee mijnheer,’ ik wijs naar het midden van het boeket, ‘maar dat staat vast op het kaartje dat ertussen zit.’

‘Zal ik dat,’ alsof hij mijn toestemming nodig heeft, staart de man me aan, ‘dan maar eens even vlug lezen?’

‘Ik wacht daar altijd mee tot ze bijna verwelkt zijn.’

‘Waarom dat dan?’ antwoordt hij verbaasd.

‘Dat is veel spannender,’ fluister ik, ‘zolang ik niet weet van wie het is, leef ik in de illusie van een minnares, een geheime liefde. Dan heb ik niet alleen bloemen in huis, maar ook nog vlinders.’

Om er zeker van te zijn dat zijn vrouw ons niet gehoord heeft, kijkt hij vluchtig achterom de lege gang in. Met een twinkeling in zijn ogen pakt hij, zonder het kaartje te lezen, de bloemen op. De straatprijs van de postcodeloterij is zojuist op de Burgermeester Patijnlaan in Zeist gevallen.

 

 Volgende column: Beelden

 

Bijdrage
Column

Add new comment

Plain text

  • No HTML tags allowed.
  • Web page addresses and email addresses turn into links automatically.
  • Lines and paragraphs break automatically.