1 april 2019
tekst: Erwin Hagen; foto: Stichting de Paraplu
Soep! Zelfgemaakte tomatensoep met echte ballen. Als ik wil, dan is er zeker ook nog een bordje voor mij, zo wordt mij verzekerd. Het is dinsdagavond acht uur en ik ben aangeschoven bij een van de vele activiteiten van De Paraplu.
Een kwartier eerder ben ik bij de ingang van De Meerklank ontvangen door Gert Verbeek, sinds jaar en dag penningmeester van het bestuur van De Paraplu. De Meerklank is een school voor voortgezet speciaal onderwijs, voor leerlingen van 12 tot 20 jaar die moeilijk kunnen leren. De school is gevestigd in het Parmentiersvak, aan de Oude Arnhemseweg. Stichting De Paraplu is erg blij om op dinsdag- en donderdagavonden gebruik te mogen maken van de faciliteiten van deze school.
Terwijl we door de gangen van het gebouw lopen en ik overal om mij heen in allerlei groepen van alles zie en hoor gebeuren, vertelt Gert mij ondertussen enthousiast dat De Paraplu al bestaat vanaf 1968! De Paraplu organiseert activiteiten voor mensen met een verstandelijke beperking vanaf 16 jaar die in Zeist of in de directe omgeving wonen. Uitgangspunt is dat de deelnemers, met hulp van de vrijwillige begeleiders, zelf aangeven welke activiteiten zij het meest op prijs stellen. Bij alle activiteiten gaat het om ontmoeting, gezelligheid en in laatste tijd ook steeds meer om educatie. Veel van de deelnemers komen al heel veel jaren met plezier bij De Paraplu. Momenteel is de jongste deelnemer 18 jaar en de oudste 80! Elke avond komen er zo’n 100 deelnemers.
Als we verder lopen hoor ik muziek en zang. Vanavond is een shanty-koor op bezoek dat met de deelnemers een optreden voor het komend weekend in het centrum van Zeist aan het oefenen is. Zowel bij de leden van het shanty-koor als bij de deelnemers straalt de lol in het samen muziek maken er aan alle kanten van af.
Gert heeft deze avond nog een andere afspraak en ik struin alleen verder door allerlei lokalen. Als ik een deur open, beland ik middenin een discoruimte waar op bonkende muziek moderne dansles wordt gegeven. Ik loop weer door, kom in de volgende ruimte, en dan is er opeens weer rust. Er wordt geknutseld. Nou ja…, er worden afgedankte elektrische apparaten uit elkaar gehaald. Vakkundig gesloopt. En… er worden weer dingen gemaakt. Er wordt gezaagd, gebeiteld, geschuurd. Ik merk dat ik, in elk lokaal sprekend met telkens andere deelnemers en vrijwillige begeleiders, met de minuut vrolijker word. Ik word ontvangen als een onbekende, maar als vanzelfsprekend geaccepteerde, gast op een bruisend, besloten feest.
De avond nadert z’n einde. Buiten staan taxi’s al klaar om deelnemers weer naar hun woning te brengen. Bij de tomatensoep-met-ballen in de kookgroep krijg ik op de valreep toch nog even nieuwsgierige vragen over wie ik ben en wat ik kwam doen. Nog voordat ik antwoord kan geven, vertrouwt een deelneemster mij toe: ‘Het is zo fijn hier, anders had ik vanavond alleen maar voor de tv gezeten’. De vrijwillige begeleidster laat de in pictogrammen weergegeven recepten zien die de deelnemers in de afgelopen avonden hebben gemaakt. ‘Die krijgen jullie mee naar huis, zodat je zelf thuis ook kunt gaan koken.’ Een deelneemster, die nog niet zo lang meedoet, reageert verrast. ‘Echt?’.
‘Ja hoor, echt.’
‘Wauw!’ Zegt ze zacht en ik zie een grote glimlach verschijnen op haar gezicht.
Meer weten? Kijk op www.deparapluzeist.nl
Volgende column: Alles is anders