Overslaan en naar de inhoud gaan

Jan Beuving, voetbalman uit Zeist

Jan Beuving, in fel oranje short, houdt in Figi Zeist zijn boek over FZO omhoog

Anderhalve maand geleden stond in het Zeistermagazine het eerste deel van het interview met Jan Beuving, cabaretier uit Zeist. René schakelt, nog steeds in Figi, met Jan in het tweede deel door naar de band met voetbal, met FZO, de club die speelt aan de Blikkenburgerlaan. "Ik zou een ander mens zijn geweest als ik niet bij FZO had gevoetbald".

19 januari 2025

René Scheffer, columnist bij Zeistermagazine tekst en foto’s: René Scheffer

Anderhalve maand geleden stond in het Zeistermagazine het eerste deel van het interview met Jan Beuving, cabaretier uit Zeist. René schakelt, nog steeds in Figi, met Jan in het tweede deel door naar de band met voetbal, met FZO, de club die speelt aan de Blikkenburgerlaan. Een club - zoals Jan het beschrijft - van werkers, doeners, mensen met eigen bedrijven, zzp’ers, veel feesten. Een andere cultuur dan het “rustigere en nettere” Jonathan.

René
Je boek “Flats Zeist Oost” (FZO) heb ik in één keer uitgelezen. Vraagt iemand “Vat het eens samen” dan kan ik dat niet. Net heb ik het voor de tweede keer gelezen. Allerlei absurde, aandoenlijke, succesvolle en tragische gebeurtenissen rijgen zich aaneen. Schorsingen, ome Bas en Ome Cees, kampioenschappen, overlijdensgevallen, euforie, degradaties, feesten. Beschrijf de rode draad eens?

Jan
Het boek is eigenlijk mijn coming of age, tegen de achtergrond van een voetbalclub. In feite beschrijf ik mijn eigen ontwikkeling tussen 12 en 42 jaar. Maar dan steeds gekoppeld aan FZO. Van de verlegen, schuchtere jongen die op school werd gepest tot een tiener die langzaam zijn plek vindt in de club, zonder echt goed te kunnen voetballen. Ik werd onderdeel van een team en steeds weer nieuwe teams. Daar voelde ik de waardering en warmte die ik soms miste op school. Daarnaast is het boek ook een ode aan het amateurvoetbal. Ik wilde het boek schrijven, ook als een soort dank aan wat FZO voor me betekent en betekend heeft. En: in het geval FZO er ooit niet meer zou zijn, dan bewijst dit boek dat het heeft bestaan.

René
Al die mensen die je noemt, met alleen voornamen. Ik ken de meesten, vaak vaag. Voel me langs de lijn daardoor opeens soms eenzaam alsof ik de enige supporter langs de lijn ben zonder specifieke band met de club. Jan, dit schreef ik over FZO en jou in een column in het Zeistermagazine op 18 mei 2018:

“Bijzondere vogels komen ook bij FZO. Zie ik daar vorige week zaterdag niet de bekende cabaretier Jan Beuving opeens langs de kantine en het terras lopen? Mooi gezicht, de lange slungelige Beuving, als een giraffe die bij vergissing in een moeflonpark terecht is gekomen. Ik ga het er steeds leuker vinden. Jan Beuving is ook shirtsponsor. Hij moet iets met FZO hebben, al weet ik nog niet wat”

Na het lezen van je boek “Flats Zeist Oost” voel ik schaamte. “Hij moet iets met FZO hebben” (sic). Pas nu weet ik wat. Heel veel dus. FZO zit echt onder je huid. 

Hoe waren de reacties op het boek? 

Jan
Goed, en vooral binnen FZO ook ontroering. Inmiddels is er de derde druk. Er was veel aandacht in de pers en op TV. Ik hoor leuke reacties uit alle hoeken van het land, van binnen en buiten de voetbalwereld. Iemand van een tennisvereniging zei “Ook bij ons lopen vrijwilligers rond zoals beschreven. Ook bij ons heb je een ome Bas en Ome Cees.” Het is daardoor ook een ode aan het verenigingsleven in brede zin met de vele vrijwilligers daarin. Iedereen herkent zijn eigen cluppie. 

René
Anderhalf jaar geleden liep je hier in Brugakker op het pad vol enthousiasme, blij over de ontwikkelingen bij FZO. 

Jan 
Ondanks de degradatie en afgeblazen fusie met SV Zeist was er opeens weer nieuw elan. Een nieuwe jonge voorzitter, nieuwe mensen die de kar gingen trekken, weer meer vrijwilligers. De jeugd groeit. FZO 1, dat onderaan staat in de vijfde klasse, heeft 4 punten. Vier gelijkspelen, nooit weggespeeld. Het lek lijkt boven, nu wachten op de eerste winst. En deze zomer is de nieuwe kleedkamer / kantine / tribune gereed, die we delen met buurman Patria.

René
Jij houdt van FZO en bij FZO houden ze van jou. Bij je voorstelling in Figi zag ik ze na afloop aan een tafel zitten, de FZO’ers, vaak stoere 50-plus mannen, sommigen met vrouw. Niet het specifieke theaterpubliek. Je verwacht ze eerder bij André Rieu of Mart Hoogkamer.

Jan
Vergis je niet. Ze komen echt niet alleen omdat ik van de club ben. Ze genieten. Mijn theatervoorstellingen zijn ondanks wat uitstapjes naar de wetenschap ook best toegankelijk. Ze pakken de crux, ze voelen de universele emoties. Ze blijven komen. En daar geniet ik van.

René
Als jochie van 12 kwam je bij FZO terecht. Je komt uit een christelijk gezin, maar ging niet naar Jonathan, de van oudsher christelijke club. Als je daar wel was gaan voetballen, waar stond je dan nu? 

Jan
Het zou een mooi sociaal experiment zijn (bijna een film waardig) om me als 12-jarige toch naar Jonathan hebben zien gaan. Maar ik ben gelukkig met wie ik ben en mijn omgeving en FZO hebben daar een grote rol in gespeeld. Ik zou een ander mens zijn geweest als ik niet bij FZO had gevoetbald.

René
Je loopt nu 30 jaar bij FZO rond. Hoe zie je jezelf over 25 jaar? Nog steeds FZO natuurlijk, maar als wat? Voorzitter, teammanager of bij de onderhoudsploeg? 

Jan
Ik ben mezelf inmiddels steeds meer gaan kennen. Ik moet “iets alleen doen”. Het zijn van scheidsrechter, stukjes in het clubblad schrijven, achter de bar staan. Van problemen en gedoe lig ik wakker. Ik kan niet delegeren en coördineren. Bestuursfuncties zijn niets voor mij. 

René
Ik kwam je bij FZO al eens tegen als scheidsrechter en achter het luik van de broodjes en de koffie.

Jan
Haha, Ik ben helemaal geen goede scheidsrechter. Ik fluit reserve 6e klasse Midden-Nederland. Het laagst denkbare niveau. Vooraf loop ik vaak de kleedkamer in en zeg “Hoi, ik ben Jan. Jullie spelen reserve 6e klasse. Bedenk dat de scheidsrechter van vanmiddag ook van het niveau van 6e reserveklasse is”. Dat werkt. Laatst was er een speler van de tegenstander die mijn naam op het wedstrijdformulier zag staan. “Ik ken die naam, bent u die cabaretier?" Ook wel weer grappig.

René
Waar is het boek te koop?

Jan
In de kantine van FZO en bij boekhandel Kramer & van Doorn aan de Slotlaan.
 

Bijdrage

 


Het eerste deel van het interview: 
Jan Beuving, cabaretier uit Zeist


Meer over FZO: 
Stoere voetbalmannen

De kliniek van Fivoor in Den Dolder


Volgende column: 
Het Den Dolder-dilemma: veiligheid versus vooroordelen

 

Reactie toevoegen

Plain text

  • Geen HTML toegestaan.
  • Web- en e-mailadressen worden automatisch naar links omgezet.
  • Regels en alinea's worden automatisch gesplitst.